Oefentips algemeen

Vóór het oefenen

Instrument in orde

Voordat je begint met oefenen moet je ervoor zorgen dat het instrument in goede staat verkeert. Oefenen op een in slechte staat verkerend instrument geeft ergernis en kan leiden tot het aanleren van een verkeerde techniek. Daarnaast is het spelen op een goed werkend instrument natuurlijk een goede stimulans tot meer en beter studeren en veel amusanter voor de omgeving. Laat bij twijfel je muziekleraar of instrumentbeheerder het instrument tijdig controleren. Wees daarom zuinig op je instrument en maak het altijd schoon nadat je hebt gespeeld. Transpiratie bijt in het zilver- en koperwerk bij de klarinetten en koper instrumenten. Ook vocht kan het instrument gemakkelijk ruïneren. Eet en drink daarom ook geen zoete frisdrank gedurende het oefenen. Een reparatie of aanschaf van een nieuw instrument is een kostbare aangelegenheid. Een saxofoon kost al gauw 800 euro. Speel zeker niet door op een instrument dat defect is en breng zelf geen wijzigingen of reparaties aan. Ondeskundige behandeling kan tot blijvende schade leiden.

Omgeving in orde

Staand spelen is in principe de beste houding. Als je door omstandigheden toch wilt gaan zitten, zorg dan voor een goede stoel waarop je in de juiste houding kunt gaan zitten. Goed aangeleerde ademhalingstechnieken kun je alleen uitvoeren als je de juiste houding aanneemt. Daarnaast komt een goede houding ook je techniek en klank ten goede. Je moet lekker ontspannen kunnen oefenen. Een goede standaard en licht inval op de bladmuziek is natuurlijk vanzelfsprekend. Oefen ook in een ruimte die voor jou behaaglijk is (niet te koud, maar ook niet te warm).

Houding

Let elke keer voor je begint en tijdens het oefenen op je houding! Benen zijn niet gekruist? Geen holle rug? Stoel niet te laag of te hoog. Vraag hier gerust naar bij je docent.

Warmlopen

Voordat een sporter aan een wedstrijd of training begint zal deze zich eerst gaan warm lopen om de doorbloeding van de spieren op gang te krijgen. Zo kun je als muzikant hetzelfde doen.

Begin het oefenen met:

  • Chromatische toonladder (staccato en legato)
    Elke toon verschilt een chromatische halve van de toon erboven en eronder. In C (do groot) wordt dat dan:
    c – cis – d – dis – e – f – fis – g – gis – a – ais – b (is = kruis)
    In het volgende voorbeeld zie je in notenbeeld een chromatische toonladder beginnend op de C.  

    chromatische toonladder

  • Andere toonladders en drieklanken.
  • Lange, liefst hoge, noten voor lipspanning en klank.
  • Speel een deuntje uit het hoofd. Leuk voor papa, mama, opa of oma. Maar ook als jezelf kinderen hebt is dit leuk om uit het hoofd voor te spelen.
Hoeveel keer oefenen

Voor de allerkleinsten is enkele minuten per dag bezig zijn met het instrument voldoende. Vanaf ongeveer 6 jaar wordt verwacht dat je samen met mama of papa een tiental minuten echt oefent, en gaandeweg wordt dat meer. Als je 8 jaar bent oefen je met plezier al 20 minuten tot een half uur en kan je dat dan ook al zonder mama of papa (al blijft het leuk om regelmatig eens te spelen voor hen, zodat ze horen wat voor leuke stukjes je nu al allemaal kan spelen). Grotere leerlingen oefenen vaak zelfs een uur per dag, gewoon omdat ze het zo leuk vinden!

Probeer dagelijks te oefenen, het is beter twee keer op een dag bijvoorbeeld een kwartier te oefenen dan één keer op een dag een half uur. Beginners zullen met 15 tot 30 minuten per dag oefenen goede vorderingen maken, meer gevorderden muzikanten spelen een uur per dag. Professionele muzikanten spelen vaak meerdere uren per dag.

Als je dagelijks oefent merk je vanzelf dat techniek en klank langzaam verbetert. Ook zul je merken dat het geoefende van de vorige dag nog in de vingers zit zodat je het vanaf daar verder kunt oppakken. Op een gegeven moment gaat een moeilijk "riedeltje" automatisch in de vingers zitten zodat je tijdens de uitvoering niet elk nootje op je partituur hoeft te lezen. Het loopt dan toch wel.

Het andere voordeel is dat je ontspannen oefent. Lukt het moeilijk "riedeltje" vandaag nog niet, morgen gaat het zeker een stukje beter.

 

Instuderen

Fout instuderen

Als je een nieuw werk aan het instuderen bent kun je geneigd zijn om een steeds weer opnieuw te beginnen als een gedeelte fout gaat. Het gevaar ontstaat nu dat je dat moeilijke gedeelte zo vaak herhaalt dat je juist het foutieve aanleert in plaats van wat er eigenlijk staat. Het gevolg is dat je dan deze foutieve uitvoering aanleert en een basis wordt gelegd voor angst om het weer fout te doen en podiumvrees in het algemeen.

De kern van het probleem aanpakken en kleine stukjes veel herhalen is wel een oude maar vertrouwde en goed werkende methode! Natuurlijk zijn er ook nog meerdere manieren zoals: ritmisch variëren, per noot uitbreiden en van achter naar voren. Vraag dit maar eens aan je docent!

Foutjes maken

Als je voor de eerste keer een stukje speelt kan er altijd wel eens iets fout gaan. Verkeerd geteld, een nootje teveel of te weinig, een kruis of een mol vergeten of veel te snel. Dit geeft allemaal niets.

Het is veel erger om zonder na te denken weer opnieuw te beginnen. Probeer eerst rustig het muziek stuk te analyseren. Als je aan het spelen bent kan er wat fout gaan. De meeste mensen voelen dan de neiging om opnieuw te beginnen. Dat is begrijpelijk, maar beter is om eerst even na te denken. Wat ging er verkeerd? En ook: waarom ging het verkeerd? Was ik er met mijn gedachten niet bij of weet ik niet precies wat er eigenlijk staat?

Een nieuw stuk

Als je een nieuw stuk voor het eerst gaat oefenen, is het belangrijk om langzaam te beginnen. Ook al gaat het om een snel stuk. Oefen een moeilijk "riedeltje" nooit snel als je het langzaam nog niet kan spelen. Zit niet bij de pakken neer en geef niet op als je een moeilijk stukje niet meteen of zelfs na een paar dagen nog niet kan spelen, maar blijf langzaam oefenen. Ook hier geldt: De aanhouder wint en oefening baart kunst.

De juiste studeermethode is dus om heel langzaam in korte stukjes te oefenen, bijvoorbeeld per maat of per zinsdeel. Oefen deze korte stukjes een paar keer en ga dan verder met een ander kort stukje. Wissel dit steeds af. Probeer vanaf het begin af aan ook uit je hoofd te spelen en probeer het ook eens met ogen dicht. Oefen een nieuw stuk nooit van het begin naar het eind. Bekijk een nieuw stuk van tevoren eens helemaal door en zoek uit of er herhalingen in voorkomen, waar moeilijke passages zitten en waar de makkelijke passages zitten. Begin dan niet alleen bij het begin, maar ga ook de moeilijke passages oefenen. Als het eerste gedeelte van een nieuw stuk al wat beter gaat, ga dit dan niet eindeloos herhalen totdat je een fout maakt maar ga dan het laatste gedeelte of het midden gedeelte van dit stuk oefenen.

Het resultaat

Bij een harmonie partij kan het voorkomen dat je, als je gaat oefenen, nog niet weet hoe jouw partij in het geheel gaat passen en hoe het dan zal gaan klinken. Het kan zijn dat je ook nog niet weet wat het tempo en dynamiek moet zijn van je nieuwe etude. Je kunt wachten op de eerste repetitie of de docenten vragen het voor te spelen. Meestal heeft de muziekcommissie al een sample van het gekozen werk zodat je dit kunt beluisteren vanaf bv YouTube. Bij de moderne instrumentale lesboeken heb je ook de mogelijkheid om de etudes op CD voorgespeeld en / of met begeleiding te krijgen. Dit is natuurlijk erg leuk om samen met de CD te oefenen. Om veel muziek te leren kennen is het goed om veel soorten muziek te beluisteren. Niet alleen klassieke muziek maar ook popmuziek of jazz. Het oefenen is niet alleen het voorbereiden voor de les op de muziekschool of repetitie. De repetitie is het moment waarop de dirigent en/of leraar jou kan leren hoe je verder moet gaan met de stukken die je speelt zodat je deze kunt verbeteren. Bij de harmonie gaat het dan vooral om de dynamiek en het verbeteren van het samenspel. En daarnaast is het toch veel leuker om te laten horen dat je de partij technisch beheerst, dan met jouw groepje nogmaals dat lastige “riedeltje” te spelen. Als je vragen hebt of niet begrijpt hoe je een bepaald stuk moet spelen/oefenen; vraag het de dirigent of je docent. Zij willen je graag helpen. Zij zijn er ook uiteindelijk bij gebaat dat jij jouw partij(en) goed kan spelen. Wacht hier niet mee, want er is niets zo lastig als het weer afleren van een eenmaal aangeleerde fout. Ook is er bij de harmonie altijd wel een ervaren muzikant waarbij je terecht kan met vragen, bijvoorbeeld bij bepaalde grepen van tonen in niet alledaagse “riedeltjes”.

Valkuilen

Een kleine opsomming van valkuilen die kunnen voorkomen bij oefenen:

  • Spelen en studeren met je gedachten bij heel andere dingen.
  • Steeds maar weer herhalen zonder je af te vragen waarom.
  • Steeds maar weer herhalen van gedeeltes die je eigenlijk allang kent.
  • Steeds maar weer herhalen in de hoop dat het vanzelf wel zal gaan lukken.
  • Steeds maar weer hetzelfde spelen.
Neem les en haal diploma's

Heb je geen les meer van een muziekdocent maar wil je toch graag op jouw favoriete instrument als een virtuoos spelen, neem dan les. De muziekdocent kan je nog meer tips en aanwijzingen geven die er toe zullen leiden dat het muziek maken nog uitdagender en leuker wordt. Het is meestal mogelijk om een aangepast lesprogramma af te spreken wat bij jou het beste past. Wil je tenslotte ook nog een bewijs dat je niveau is gestegen neem dan ook deel aan het examenprogramma van de muziekschool.

Zo maar wat opmerkingen
  • Oefenen kun je samen met anderen uit je groep, thuis of bij een van de andere muzikanten.
  • Luisteren naar concerten van andere harmonieën.
  • Luister naar opmerkingen van de dirigent die hij maakt naar andere muzikanten of instrumentgroepen. Altijd leerzaam.
  • Als je je partij vlekkeloos kunt spelen is de repetitie veel leuker.
  • Probeer andere instrumenten te ontdekken die in een muziekstuk dezelfde melodie spelen als jij of waarvan je de tegen stem of melodie speelt. Dus luister niet alleen naar jezelf.
  • Zoek steun bij overige muzikanten / partijen tijdens het spelen.
Delen: